Navigatie overslaan

Harry - Housing First

Van de één op andere dag raakt Harry (41) zijn huis kwijt en wordt dakloos. Een jaar lang bivakkeert hij in een zelfgebouwde hut in de bossen. 'Hoe mijn dag er hier uit zag? Drugs hielden me in beweging en om aan eten te komen, stal ik uit de supermarkt. Ik schaamde me dood.'

We lopen over modderige paden een bosrijk gebied in. De geluiden van de snelweg achter ons verstommen. Stil is het hier. Niks anders te horen dan het knappen van takken onder onze schoenen en het gefluit van vogels. Dan, verscholen tussen de bomen, vangen we de eerste glimp op van een houten bouwwerk. 'Hier staat ie dan”, zegt Hendrik, 'mijn overlevingshut waarin ik meer dan een jaar verbleef. In elkaar getimmerd van afvalhout. Binnen stond een oude werkbank met daarop een matras. Er paste nog een klein potkacheltje bij en één stoel, groter was het niet. Als ik mijn behoefte moest doen, deed ik dat verderop in de struiken, bij de oude vuilstortplaats.' Dan, starend naar zijn oude onderkomen: 'Daar kan je maar beter niet al te lang bij stil staan...'

Hoe is het om hier terug te zijn? 
'Best emotioneel. Ik heb me hier met niets moeten redden. In de eerste maanden in de hut was ik volledig onder invloed van drugs. Ik zag door de bomen het bos niet meer; wat is nog belangrijk en wat niet? Ik was aan het overleven, had zoiets van: laat me met rust. Hier – afgesloten van alles en iedereen – vluchtte ik om te verwerken wat me overkomen was.'

Een illustratie van de hut waarin Harry verbleef

Wat was je overkomen?
'Van de één op de andere dag was ik mijn huis kwijt. Op die bewuste dag was ik aan het werk in een autogarage. Ik kreeg een appje van de buurvrouw: ‘Ik zou maar snel naar huis gaan, de politie en dierenbescherming staan voor je deur..’ Binnen tien minuten kwam ik aan, maar op dat moment werd mijn hond al afgevoerd. Ik maakte geen enkele kans. De sloten werden vervangen waar ik bij stond en al mijn spullen stonden buiten. Gewoon op straat. Tijd om een aanhanger te regelen had ik niet. Daar sta je dan, je kunt nergens heen.'

In een tijdsbestek van nog geen tien minuten was je alles kwijt. Wat ging er door je heen?
'Ik was kwaad, zo verschrikkelijk kwaad. Vooral op mijn huurbaas. Hij verhuurde in een gezinswoning een aantal kamers aan mij en nog twee anderen. Dit bleek volgens de gemeente in strijd met het bestemmingsplan. Met andere woorden: wij mochten daar helemaal niet wonen. De huurbaas sloot een dealtje met de gemeente en werkte mij - en mijn huisgenoten - er op een slinkse manier uit. Zomaar. De manier waarop dit verliep, maakt me boos en verdrietig tegelijk. Al mijn persoonlijke spullen hebben ze weggegooid. Zelfs de urn van mijn overleden moeder! Na dit alles greep ik naar verkeerde middelen. Drugs hielpen mij de pijn weg te drukken.'

Was dat de eerste keer dat je bij tegenslag naar drugs greep? 
'Kijk, ik heb een beetje een beschadiging opgelopen in het leven, waardoor ik sinds mijn achttiende drugsverslaafd ben. Rond die leeftijd zijn er dingen gebeurd waarover ik liever niet praat. Drugs hielpen mij destijds om die gebeurtenissen te verdoven. Maar mijn verslaving verpestte ook veel: dit was namelijk niet de eerste keer dat ik dakloos raakte. Je komt in een cirkel terecht die maar door blijft draaien. Geluk zit niet in een zakje drugs ben ik achter, maar het is verrekte makkelijk om er de realiteit mee te ontvluchten. Dus toen ik de laatste keer op straat kwam te staan, ging ik dagelijks gebruiken. Op een vrij destructieve manier.'

En toen was daar ineens deze hut...
'Ja nou, niet ineens natuurlijk. Een kameraad van me beheert een crossbaan. Toen hij hoorde dat ik dakloos was, bood hij aan samen een hut te bouwen op dat terrein. Ik keek hem aan: ‘Een hut?!’ Zo gezegd zo gedaan. Officieel mocht het niet van de gemeente, maar ze zagen het door de vingers. Wat moet je anders? Hier zijn geen voorzieningen voor mensen zoals ik. Je wordt naar de hoofdstad gestuurd, maar geld voor het slaaphuis had ik niet. Mijn eigen gemeente, waar ik geboren en opgegroeid ben, bood me geen hulp. Best zuur.'

Hoe hield je jezelf bezig overdag? 
'Ik stond op en ging allereerst op zoek naar eten. De winkel in en stelen. Ik heb zelfs houdbare producten uit containers bij de supermarkt gevist. Ik schaamde me hartstikke dood. Nadat mijn buik gevuld was, ging ik op jacht naar drugs. Op een gegeven moment kon het niet langer. Ik was op. Mijn lichaam was op. Ik moest echt aan de bel trekken, welke bel dat ook maar was.'

“Vanaf het moment dat ik een huis kreeg, stopte ik met drugs. Boem, in één keer. Ik had weer een toekomstperspectief.”

Je trok aan de bel bij zorginstantie LIMOR. Hoe hielpen zij je verder? 
'Van LIMOR ontving ik al ondersteuning in mijn laatste woning. Met name bij regelzaken, want daar ben ik geen ster in. Dat is altijd al zo geweest. In de eerste maanden in de hut, probeerden mijn begeleiders met mij in contact te komen. Ik hield de boot af, dacht dat zij verantwoordelijk waren voor de melding bij de dierenbescherming. Onterecht bleek later. Toen ik uiteindelijk zelf contact opnam met hen, vertelden ze dat ik in aanmerking kwam voor Housing First. Zij gingen op zoek naar een huisje voor mij. Vanaf dat moment stopte ik met de drugs. Boem, in één keer. Ik had weer een toekomstperspectief.'

Hoe verliep de overgang van hut naar huis?
'Niet altijd makkelijk. Toen ik na een paar maanden het bericht kreeg: ‘We hebben een huis voor je!’ was ik natuurlijk blij. Eenmaal in dat huis, kwamen de muren op me af. In het begin ging ik wel eens terug naar de hut om daar te slapen. Gelukkig voelt mijn huisje steeds meer eigen, vooral nu er eindelijk meubels staan. Dat dat even duurde, had ik aan mezelf te danken. Toen de bewindvoerder geld voor inboedel op mijn rekening stortte, ging het mis. Deze jongen had anderhalf jaar geen geld gehad, dus ja, dan wil je jezelf belonen. Met drugs onder andere, maar ik heb ook privéschulden afbetaald. Zo’n terugval wil ik niet meer. Liever focus ik nu op positieve dingen, zoals het zoeken naar een dagbesteding. Het verzorgen van senioren lijkt me wel wat. Die mensen worden tegenwoordig ook vaak vergeten.'

Óók vaak vergeten? 
'Ja. Ik heb me best eenzaam gevoeld. Mensen weten dat je op straat staat, niets te eten hebt, dat je het koud hebt. Niemand die zal zeggen: ‘Hé, je kan wel bij mij op de bank slapen’. Niemand die vraagt hoe het met je gaat. (even stil) Ik bestond gewoon niet, klaar. Niet voor vrienden en familie en niet voor instanties. Dat is de keiharde realiteit. Aan de andere kant begrijp ik het wel. Als je drugs gebruikt, wordt er anders naar je gekeken. Dat zie ik nu ik nuchter ben.'

Kijkend naar mijn oude hut, voel ik mij euforisch en trots. Ik heb weer een huis en dat wil ik vasthouden!

En, hoe ziet de wereld er nuchter uit? 
'Een stuk beter. Ik ben weer aan het leven in plaats van overleven. Denkend aan de toekomst, zou ik een baan wensen. Alleen mijn gebit is een struikelblok, dat ziet er slecht uit door de drugs. Als dat hersteld wordt, zou dat 80% van mijn onzekerheid wegnemen. Maar weet je? Als ik hier zo sta, kijkend naar mijn oude hut, voel ik me euforisch en trots. Ik heb weer een huis en dat wil ik vasthouden. In mijn leven ben ik drie keer dakloos geraakt. Dit was de laatste keer!'

*Uit privacy overweging is de naam gefingeerd en is gebruik gemaakt van een stockfoto.

Meer verhalen?

  • Monica - Housing First

    Geboren als jongen, maar je uiten als vrouw. Wat dit met de omgeving doet, ondervindt Monica (43) dagelijks.

    Lees meer
  • Alice - Ambulante Ondersteuning

    Alice vertelt op Werelddaklozendag hoe zij na een moeilijke jeugd in pleeggezinnen en dakloosheid vecht voor een beter leven.

    Lees meer
  • Rachid - Beschermd Wonen

    Alles ging best aardig in het leven van Rachid. Toen werd hij ziek. Psychisch ziek. 

    Lees meer